woensdag 16 december 2015

Willem Elsschot - Kaas (Samenvatting)

Samenvatting

Kaas opent met een inleiding over stijl. De auter maakt duidelijk dat hij literatuur als een kunstvorm ziet die te vergelijken is met bijvoorbeeld muziek.
Frans Laarmans is een doodgewone man van vijftig jaar. Hij heeft een vrouw en twee kinderen en een vaste aanstelling bij de General Marine and Shipbuilding Company. Zijn leven is eigenlijk prima zoals het is, al is het weinig spannend of opzienbarend. Binnen zijn familie is Frans een beetje een buitenbeentje. Hij is een nakomeling, zijn broer is arts (en dus 'belangrijk') en aan het sterfbed van zijn moeder wordt wel duidelijk dat hij niet de favoriet in de familie is.
Op de begrafenis van zijn moeder ontmoet Frans meneer Van Schoonbeke; een rijke man op leeftijd die wekelijkse bijeenkomsten organiseert die worden bezocht door andere rijke 'hotemetoten'. Van Schoonbeke nodigt Frans uit om ook langs te komen en zo geschiedt. Frans voelt zich echter weinig op zijn plaats omdat hij maar gewoon een klerk is en zich niet kan meten met de rest van het gezelschap. Daar lijkt echter verandering in te komen wanneer Van Schoonbeke hem in contact brengt met een kaasleverancier uit Nederland die een Vlaamse ondernemer zoekt om in België volvette Edammers te verkopen. Laarmans is meteen enthousiast en handelt overmoedig. Hij neemt de uitdaging aan en wil meteen zijn oude baan opzeggen maar wordt daarbij geremd door zijn vrouw die voorstelt eerst maar eens te zien of die onderneming met de kazen wel gaat lopen zoals Frans hoopt. Er wordt besloten om met hulp van de broer van Frans een zenuwziekte voor te wenden zodat Frans met verlof kan. Zo houdt hij wel zijn oude baan aan maar heeft hij ook de vrijheid om aan zijn kaashandel te beginnen. De broer van Frans schrijft als arts een verklaring van zijn ziekte en Frans kan zijn gang gaan.

Wat het verhaal lastig maakt, is dat Frans totaal geen ervaring heeft in de handel en dat hij bovendien geen enkele affiniteit heeft met het product dat hij wil afzetten. Toch is hij enthousiast. Frans heeft meteen grootse plannen om een kantoor in te richten met een duur bureau, speciaal ontworpen briefpapier en een telefoonlijn en terwijl hij daarmee bezig is, wordt er meer kaas gratis weggegeven dan dat er verkocht wordt. Omdat Frans zelf niet zo goed weet hoe hij al die kazen moet gaan verkopen, stelt hij een advertentie op waarin hij vraagt om agenten door het land (en het Groot-Hertogdom Luxemburg) die onder hem willen werken. Er komen enorm veel brieven maar er zitten maar weinig serieuze gegadigden tussen. Uiteindelijk stelt hij wel een aantal mensen aan, maar ook daar komt maar weinig van terecht. Frans doet zelf ook nog een poging om wat kazen aan een winkel te slijten, maar zijn ondernemingen zijn vruchteloos. Ten slotte komt hij tot het inzicht dat het ook eigenlijk een vreemde opwelling van hem geweest is en probeert hij zich met zo min mogelijk gezichtsverlies terug te trekken. Hij schrijft de Nederlandse leverancier dat hij van de onderneming afziet en hij timmert de kaaskisten in zijn kelder weer dicht. Wanneer hij terugkeert op zijn oude werk waardeert hij zijn werkplek en zijn collega's ineens veel meer dan hij ooit gedaan had en ook zijn gezin ziet hij in een nieuw licht. Frans is nog steeds aanwezig bij de bijeenkomsten van meneer Van Schoonbeke die belooft hem hetzelfde te zullen blijven behandelen al is hij weer 'gewoon' een klerk.

W.F. Hermans - De donkere kamer van Damokles (Samenvatting)

Samenvatting

Henri Osewoudt verlaat zijn geboortedorp om bij zijn oom en tante te gaan wonen omdat zijn moeder zijn vader heeft vermoord. Hij groeit op in Amsterdam, heeft een relatie met zijn nicht en doet aan judo. Als hij achttien is geeft hij aan geen interesse te hebben in studie, hij trouwt met zijn nicht, Ria Nauta, en verhuist terug naar Voorschoten waar hij de sigarenzaak van zijn vader heropent. Zijn moeder komt bij Henri en Ria inwonen. De oorlog begint. Osewoudt wordt afgekeurd en hoeft dus niet het leger in, maar helpt wel bij de burgerwacht van Voorschoten.
Op een dag komt Dorbeck met wat andere soldaten de winkel binnen, Dorbeck laat een fotorolletje bij Osewoudt achter om te laten ontwikkelen. Als Dorbeck twee dagen later terugkomt zijn de foto’s nog niet klaar, maar heeft Nederland al gecapituleerd en wil Dorbeck dat Osewoudt hem een pak leent en zijn uniform en pistool begraaft. Osewoudt doet dit alles. Als Osewoudt de foto’s wil ontwikkelen mislukt dit, maar omdat hij zoiets niet aan Dorbeck wil vertellen koopt hij een Leica en maakt zelf foto’s van militaire objecten.
Hierna krijgt Osewoudt opnieuw een opdracht van Dorbeck. Hij moet naar Haarlem gaan en krijgt daar een pistool in zijn hand gedrukt waarmee hij samen met Dorbeck en Zewuster een moord pleegt. Osewoudt is bang dat de zoon van de drogist, die een NSB'er is, hen gezien heeft.
Osewoudt hoort een tijd lang niets van Dorbeck, maar ontvangt dan een brief of hij de foto's van het allereerste rolletje naar een bepaalde postbus wil sturen. Osewoudt wil een ontmoeting met Dorbeck en gaat dus naar de postbus toe om te zien wie de post ophaalt, het wordt opgehaald door een heilsoldate.
Vrij snel daarna wordt hij opgebeld door Elly Meier, zij zegt uit Engeland te komen en dringend op zoek te zijn naar een schuilplaats. Hij brengt haar naar zijn oom in Amsterdam. Hij hoort via via dat zijn moeder en Ria zijn opgepakt en kan nu zelf ook niet langer naar huis toe. Bij de Joodse studente Marianne, met wie hij een relatie begint, laat hij zijn haar zwart verven. Hij lijkt nu precies op Dorbeck.
Opnieuw volgt er een opdracht van Dorbeck. Dit keer gaat het om een hoge man van de Gestapo die uit de weggeruimd moet worden. Osewoudt werkt bij deze opdracht samen met een andere vrouw wanneer zij beiden terugreizen met de trein wordt de vrouw opgepakt. Osewoudt niet. Maar wanneer hij diezelfde avond met Marianne in de bioscoop zit ziet hij zijn eigen foto op het scherm verschijnen met als aankondiging dat hij opgepakt moet worden. Hij vlucht wel maar het duurt niet lang of hij wordt opgepakt. Hij wordt gemarteld en belandt in het ziekenhuis, maar wordt daaruit bevrijd. Hij duikt onder bij Labare waar hij in een volledig verduisterde kelder foto's ontwikkeld. Maar ook hier is hij niet veilig want wanneer de Duitsers het pand van Labare overvallen wordt Osewoudt toch opgepakt.
Tijdens deze tweede gevangenschap wordt Osewoudt beter behandeld, wat hij vooral te danken heeft aan de hooggeplaatste Ebernuss die een zwak voor Osewoudt lijkt te hebben. Ebernuss probeert zijn vertrouwen te winnen door Marianne, die Osewoudts kind draagt, vrij te laten. Toch twijfelt Ebernuss aan de verhalen die Osewoudt over Dorbeck vertelt en wil daarom Dorbeck ontmoeten. Samen met Osewoudt gaat hij naar een halfgeheim café waar inderdaad ook Dorbeck aanwezig is. Die laatste geeft hem kristallen om de wijn van Ebernuss mee te vergiftigen en wanneer dat gebeurd is, vluchten Osewoudt en Dorbeck in de auto van Ebernuss. Dorbeck vertelt Osewoudt dat Ria nu samenwoont met de zoon van de apotheker en dat Marianne aan het bevallen is. Osewoudt krijgt een verpleegstersuniform waardoor hij door zijn kleine gestalte en baardloze gezicht onherkenbaar is. Als Osewoudt bij de kraamkliniek aankomt en naar Marianne informeert, krijgt hij het levenloze lichaampje van hun kind te zien. Hij is erg van slag en een Duitse soldaat die wel wat vriendelijks wil doen voor de mooie vrouw waar hij Osewoudt voor aanziet neemt hem mee in zijn auto en brengt hem naar Voorschoten. Daar doodt Osewoudt Ria en nadat ze nog wat verder gereden zijn doodt hij ook de Duitser. Met behulp van een arts komt hij uiteindelijk in Breda, dat al bevrijd is. Daar meldt hij zich direct maar tot zijn grote verbazing, wordt hij gearresteerd. Hij wordt zelfs naar Groot-Brittannië gebracht en het lukt hem niet om te bewijzen dat hij geen verrader is. Dorbeck is de enige die hem vrij zou kunnen pleiten, maar die is onvindbaar. Osewoudt lijkt zijn verstand te verliezen en wanneer hij wegrent wordt hij neergeschoten. Hij overlijdt aan zijn verwondingen.

Jan Vantoortelboom - De man die haast had (Samenvatting)

Samenvatting

Leon is zes jaar oud als zijn vaste oppas Elsie -16 - vergeet het zolderluik te sluiten en een doodsmak maakt. Ze breekt een ruggenwervel en heeft een hersenbeschadiging. Ze wordt in een inrichting (Home Windekind) opgenomen en Leon moet haar van zijn ouders elke zaterdag bezoeken uit een soort schuldgevoel. Hij woont met zijn ouders in Zeedorp in Zeeuws-Vlaanderen. Hij gaat op school in Hulst. Hier ontmoet hij een aardig  vriendje Bertrand.Die komt voor hem op als Leon  gepest wordt. Als Leon 12 jaar is, sterft zijn moeder. Hij weet eigenlijk niet waaraan.Later begrijpt hij dat ze aan depressies leed.Het is belangrijk voor zijn latere leven want hij heeft een heel ander tijdsbesef dan de meeste mensen. Je hebt niet zoveel tijd in je leven. Zijn moeder is 41 jaar  geworden.Bertrand gaat studeren, maar Leon gaat na een jaar werken op zijn oude school als conciërge. Wanneer hij een keer naar Bertrand gaat die stage loopt in Dublin, neukt hij met de dronken vriendin van Bertrand, Shauna. Hij vertelt het oprecht tegen Bertrand. Die valt er niet van achterover.
Bertrand komt later ook op de school werken.Daarnaast  komt er een mooie jonge vrouw Liliana werken die de oude geschiedenisdocente komt vervangen. Ze wordt seksueel begeerd door de rector, maar ze valt juist voor Leon. Hij mag haar dan ook inwijden in het vrouw-zijn. Later komt ze bij hem inwonen in Zeedorp. Leon blijft de informatie in zijn leven steeds delen met Elsie, ook al zegt ze nooit iets terug. Leon komt steeds vaker te laat. Hij heeft geen agenda en geen horloge en hij gaat zich op die manier de ergernis van de rector op zijn hals halen. Als bij Bertrand een jongen wordt geboren, gaan ook de eierstokken van Liliane kriebelen. Maar Leon wil geen kinderen en maakt in het ziekenhuis een afspraak om zich te laten steriliseren. Als Liliane dat merkt, wordt ze woedend en verlaat hem.
Hij heeft de laatste tijd alleen maar aandacht voor zijn zelf te bouwen motorbootje. Als die klaar is laat hij het bootje in de Westerschelde droppen, gaat daarna Elsie ophalen uit Home Windekind en gaat met haar varen. Omdat ze zo'n ellendig leven kent en om te voorkomen dat ze in haar eentje zal sterven. breekt hij haar nek. Ze is dan 47 jaar.  Er komt een rechtszaak van maar de directie van het tehuis geeft aan dat Elsie aan epileptische aanvallen leed en verkeerd gevallen kon zijn in de boot. Leon heeft daarna (hij was 37) nooit meer gesproken.  Hij wordt in een psychiatrische inrichting opgenomen.
Uit het eerste hoofdstuk blijkt dat Leon een kwart eeuw in de inrichting heeft gezeten, als hij het verhaal personaal vertelt. Hij is dan 62 jaar.

J.A. Schatz - Reize door Aapenland (Samenvatting)

Samenvatting

Het verhaal begint met een korte beschrijving van het leven van de ik-persoon. Vervolgens belanden zijn vrouw, dienstmeisje, paard en hond in het water. Omdat hij niet weet wie hij wil redden sterven deze alle vier voor hij een beslissing heeft genomen. Hij wordt beschuldigd van moord op deze twee mensen en twee dieren en moet vluchten. Als hij over de grens is wil men hem niet gratis helpen en wordt hij naar het Aapenland verwezen: het land waar de apen wonen. De apen praten en geloven in reïncarnatie. Ze denken dat de ik-persoon de verdwenen “nommer 7854” (de apen hebben nummers in plaats van namen) is, die gereïncarneerd is tot mens. Hij spreekt ook zijn ‘vrouw’, dat is een foeilelijke aap. Vervolgens wordt hij ‘gepromoveerd’ tot “nommer 17” wat een hele eer schijnt te zijn en waardoor hij bij de vergadering van de belangrijkste apen mag zijn. De apen hebben het plan mensen te worden, omdat die verder ontwikkeld zijn. Ze denken dat ze vanzelf mensen worden als ze hun staarten afhakken en besluiten daarom na veel vergaderingen en discussies, waarin de verschillende partijen de onpartijdigen aan hun kant proberen te krijgen. Zo wordt de spraakverwarring tussen staarten (zoals wij ze kennen) en staarten als langwerpige uitsteeksels (penissen) expres veroorzaakt, waardoor de vrouwtjes tegen het afhakken worden. De spraakverwarring wordt echter recht gezet, maar inmiddels is het plan ontstaan om een extra penis aan te naaien en de vrouwtjes worden nu voor het afhakken. Hierdoor ontstaat er in ieder geval al vast een plek is voor het aanzetten van de tweede penis. Zo wordt uiteindelijk tot het afhakken besloten. Dit plan wordt ook bekend onder de mensen, en een groep reageert zeer verontwaardigd. De circusartiesten e.d. die met apen werken zullen hun baan kwijt zijn als alle apen mensen worden. Het afhakken gebeurd gestructureerd, maar toch niet goed, want als de staarten zijn afgehakt grijpen alle apen naar hun achterste, in plaats van de wond van de aap voor hem af te dichten. “Nommer 1,” die al de hele tijd het beste voor de apen wil, redt nog zo veel mogelijk apen, maar de meeste bloeden dood. De circusmensen e.a. hebben inmiddels over het afhakken gehoord maar komen te laat in het Aapenland. Zij kunnen alleen “nommer 1” nog aanmoedigen. Ze zijn heel kwaad op de apen die voor het afhakken waren en iedereen van hen die nog leeft nemen zij mee om in het circus voor ze te werken. De ik-persoon valt vervolgens in een diepe slaap, en als hij wakker wordt is de verwarring nog groter dan aan het begin van dit verhaal, want hij blijkt alles gedroomd te hebben en zijn vrouw, dienstmeisje, hond en paard leven gewoon nog.

vrijdag 17 april 2015

Max Havelaar verwerkingsopdracht

Een roman uit de Romantiek

Max Havelaar, van de schrijver die bij ons bekend staat als Multatuli, is geschreven in 1860, ten tijde van de Romantiek. Is het lang geleden, 1860? Als je het boek leest, lijkt dat wel het geval door de omstandigheden van toen, de gang van zaken en de personen die worden beschreven. Maar wanneer je nadenkt: 150 jaar is nog geen 2 mensenlevens lang. Tot op vandaag de dag is het hoe dan ook een populair boek gebleven voor jong en oud. In dit betoog zal ik u meenemen naar de Romantiek. Hoe zag de literatuur er toen uit en hoe past Max Havelaar daartussen? Persoonlijk ben ik van mening dat Max Havelaar een boek is dat wél in de Romantiek past. Voordat ik dit zal beargumenteren: Eerst een stukje over de literatuur van destijds.

De Romantiek is een stroming die opkwam na het rationalisme. Men vond dat het rationalisme het menselijk denken vernauwde, dat het haast beklemmend was. Daarom werd de vrijheid en de emotie weer opgezocht. Het denkbeeld werd verbreed. In eerste instantie gebeurde dit in Frankrijk, maar dit verspreidde zich al snel naar landen als Nederland en Duitsland. In de literatuur zien we een aantal kenmerken duidelijk terugkomen in de romantische boeken. Allereerst zien we vaak de nadruk op emoties, als duidelijk gevolg van de Verlichting en het rationalisme, waarin vooral het verstand centraal stond. Ook de natuur werd weer opgezocht, en speelde een belangrijke rol in de literatuur. Schrijvers hadden een bijzondere bewondering voor wildernis, omdat ze daar de puurste vorm van natuur in zagen. Ook vriendschap, liefde en de verhouding tussen (groepen) mensen zijn onderwerpen uit de Romantiek, en karakterbeschrijvingen passen goed in dit rijtje. Verder werd in de Romantiek de originele kunstenaar gewaardeerd, niet de kunstenaar die Ovidius overpent of vertaalt. Je eigen werk maken is mooier dan namaken. Tenslotte is de Romantiek al een beetje het begin van het nationalisme: het eigen land, de eigen cultuur wordt benadrukt.

In Max Havelaar zien we een aantal van deze kenmerken terugkomen, waardoor ik van mening ben dat dit inderdaad een romantisch boek is. Ten eerste zijn de karakters en karakterbeschrijvingen van Multatuli naar mijn mening bijna onovertreffelijk. Hij legt hierdoor de nadruk op onderlinge verhoudingen tussen mensen en groepen. Dit is, zoals hierboven genoemd, een kenmerk van de romantiek. Neem nu Droogstoppel als voorbeeld. Het is bijzonder knap dat Multatuli zo'n eigenaardige persoonlijkheid op papier krijgt, men kan zien dat hij echt aandacht heeft besteed aan de persoonlijkheid van dit figuur. Ten tweede zien we in het contrast tussen Nederlanders en Javanen een duidelijke nadruk op het eigen land en de eigen cultuur. Multatuli schrijft vooral veel over hoe de Javanen leven, met elkaar omgaan en van elkaar verschillen. Het contrast met Nederland wordt duidelijk naar voren gebracht. Ook de wildernis in Java komt af en toe in beeld, dit werd door de romantische schrijvers bijzonder gewaardeerd, zoals hierboven beschreven. Als laatste wil ik de originaliteit van het hele verhaal als argument nemen. Bijna geen enkele schrijver heeft het in die periode aangedurfd om over Nederlanders in Java te schrijven. Het is een uitermate origineel onderwerp, en dat maakt het ook een romantisch boek.

Het is begrijpelijk dat men soms denkt dat niet binnen de romantische literatuur mag gerekend worden. Ik denk dat dit komt omdat het boek zelf gewoon zo verschilt van alle andere boeken uit die periode. Misschien wel het belangrijkste element van het boek is het feit dat het één groot stuk kritiek is. Dit is geen typerend kenmerk voor de romantische periode. Zelf wil ik dit boek echter wel rekenen tot de romantiek, vanwege de grote overeenkomst in kenmerken. Misschien is de beste benaming voor dit boek wel: 'Romantiek met een vleugje kritiek'.


vrijdag 13 februari 2015

Verwerkingsopdracht bij 'Het huis van de moskee''

Het huis van de moskee

Auteur: Kader Abdolah
Uitgever De Geus, november 2005 (1e druk)
De druk die ik heb gelezen is de 13e druk.

Het genre van dit boek is een psychologische roman, omdat er veel wordt ingegaan op de psychologische aspecten van de personages, ook wordt er aandacht besteed aan de situatie in Iran. De schrijver heeft veel van zijn eigen levenservaringen in zijn boek gestopt.

Samenvatting

In de Iraanse provincieplaats Senedjan staat 'het huis van de moskee', een acht eeuwen oud huis met 35 kamers, vastgebouwd aan de moskee. Het wordt bewoond door Aga Djan en zijn omvangrijke familie. Aga Djan, een gefortuneerde tapijthandelaar, is niet alleen de heer des huizes, maar ook hoofd van de moskee en van de bazaar, het economisch centrum van het stadje. Religieus, politiek en economisch is hij een van de invloedrijkste en meest gerespecteerde inwoners van Senedjan. 

Het huis staat voor zinvolle traditie, oude cultuur en milde religie. Daarvoor zorgen naast Aga Djan zijn twee neven Moázen en Alsaberi. De blinde Moázen (echte naam: Aga Shodja) - zo genoemd naar zijn functie: hij is omroeper van de moskee ('moázen') - is een fijnzinnige pottenbakker, Alsaberi een zeer gematigde imam. Ook de vrouwen van Aga Djan en Alsaberi leveren hun bijdrage aan het in stand houden van de tradities. Fagri Sadat, de vrouw van Aga Djan, weet bijvoorbeeld tijdens de vogeltrek op een vernuftige manier vogels te vangen. De bijzondere kleurnuances van hun veren moeten dienen als voorbeeld bij het knopen van nieuwe tapijten. En Zinat, de vrouw van imam Alsaberi, in het huis overigens weinig op de voorgrond tredend, kan wondermooi de oude Perzische verhalen vertellen. Eenmaal per week luisteren alle aanwezige bewoners ademloos toe.

En tenslotte is er ruimte voor de ‘grootmoeders’ Golbanoe en Golebeh. Ze zijn niet verwant aan Aga Djan (in tegenstelling tot de andere bewoners), maar zijn op jonge leeftijd door diens vader ingehuurd als bedienden en wonen er al meer dan zestig jaar. 
Maar de tijden veranderen en de tradities komen onder druk te staan. De sjah, trouw bondgenoot van Amerika, en zijn jonge modieuze echtgenote Farah Diba proberen vanuit Teheran het land naar Westers model te moderniseren. Westerse kleding, radio, tv en bioscoop rukken op. Dat laat ook 'het huis van de moskee' niet onberoerd. Daar was Nosrat, een broer van Aga Djan, altijd al een buitenbeentje. Hij wilde namelijk carrière maken als fotograaf en filmproducent. Zijn jonge achterneef Shahbal, zoon van Moázen, bewonderde hem om zijn breuk met de islam en zijn vrije opvattingen over de omgang met vrouwen. 
Toch was de veertienjarige Shahbal al vroeg de vertrouweling en beoogde opvolger van Aga Djan. Toen in 1969 de Amerikanen hun landing op de maan aankondigden, wist hij een bres te schieten in de hechte tradities van het huis. Van Aga Djan wist hij gedaan te krijgen dat hij in het diepste geheim een tv-toestelletje mocht binnenbrengen. Gedrieën keken Aga Djan, Shahbal en imam Alsaberi naar het mirakel van de maanlanding. Shahbals overtuiging dat de oudere generatie moest weten wat er in de wereld te koop was, had gezegevierd. 
Maar de tegenkrachten zijn sterk. Als de milde, apolitieke imam Alsaberi op een tragische manier omkomt, moet volgens plan zijn zoon Ahmad hem opvolgen. Die heeft echter de imamopleiding in Qom nog niet voltooid. Er moet dus een 'invalimam' komen. Dat wordt de in Qom afgestudeerde Galgal. Het is een bijzondere figuur: jong en knap, maar ook afstandelijk en arrogant, en fel anti de sjah. Hij was, na lang aarzelen van haar kant, met Sediq getrouwd, de dochter van zijn verongelukte voorganger. Samen waren ze naar Qom verhuisd, maar niemand wist waar ze woonden. Na de dood van Alsaberi keren ze beiden terug naar het huis van de moskee.
Galgal houdt zich aanvankelijk rustig. Hij is een briljant spreker en wint het vertrouwen van Aga Djan en de moskeegangers. Maar als in Senedjan een bioscoop komt die door Farah Diba geopend zal worden, zweept hij tijdens het avondgebed de gelovigen op om de bioscoop te bestormen. Leger en politie weten het nog net te verhinderen. Aga Djan is woedend op hem maar helpt hem nog wel om aan arrestatie te ontkomen en te vluchten naar Qom. Met smart kijkt Aga Djan uit naar het afstuderen van Ahmad.
Sediq volgt haar man, maar keert na enige tijd terug naar het huis van de moskee. Galgal was weggegaan en na lange tijd nog niet teruggekomen. Hij heeft Sediq zwanger achtergelaten. Wanneer ze bevalt, blijkt het kind een afwijking aan zijn rug te hebben, waardoor hij niet rechtop kan lopen en rondkruipt als een dier. Iedereen noemt hem Hagedis (zijn echte naam is Sejjed Mohammad). Maar Hagedis lijdt geen lang leven: hij verdrinkt in de hooz (een soort vijver). Ditzelfde was overigens vroeger ook al gebeurd met een zoon van Zinat Ganoem. 
Nadat Galgal gevlucht is, komt er een invalimam uit Djirja naar de moskee. Zinat Ganoem voelt zich tot hem aangetrokken en dit gevoel is wederzijds. Ze hebben seks in de moskee en zelfs een keer in de grafkelders. Hoewel de imam getrouwd is, is het wel toegestaan volgens de sharia. Deze zegt namelijk dat als een gelovige man zich een tijdje ver van zijn vrouw bevindt, hij een vrouw als siegé (een vrouw naast zijn wettige echtgenote, maar deze vrouw erft niks) mag hebben. Toch weten ze allebei dat als Aga Djan achter hun relatie komt, de imam zonder pardon wordt weggestuurd. En dit is ook wat er gebeurt. 
De grootmoeders droomden van een reis naar Mekka. Maar aangezien ze het geld niet hadden, hoopten ze dat de legende waar was. Deze legende vertelde namelijk dat als je twintig jaar lang vóór zonsopgang het voetpad had geveegd, zonder dat iemand je zag of iemand ervanaf wist, de profeet Gezr op de laatste dag aan je zou verschijnen en zou zorgen dat je naar Mekka kon. Hoewel de grootmoeders hun tweede ronde (van twintig jaar) al bijna hadden voltooid, was Gezr nog niet aan hun verschenen. Wanneer Aga Djan achter hun wens komt, verzorgt hij hun reis naar Mekka, op een manier dat het lijkt alsof de legende waar is. Golbanoe en Golebeh blijven tot hun dood in Mekka. 
Shahbal gaat in Teheran studeren en raakt betrokken bij het linkse verzet tegen de sjah. Dat dictatoriale bewind wordt van twee kanten ondermijnd: door het op Moskou georiënteerde verzet én door de radicale imams in Qom. Voorlopig weet de sjah nog van geen wijken. Een massademonstratie bij de Amerikaanse ambassade in Teheran wordt door het leger in bloed gesmoord. Shahbal ontkomt, Nosrat filmt het bloedbad. Khomeini, een van de fanatiekste ayatollahs in Qom, is verbannen. Hij is uitgeweken naar Irak, waar Galgal zich bij hem aansluit. Ook Zinat en Sediq kiezen partij voor de fundamentalisten. De verdeeldheid in 'het huis van de moskee' wordt verwarrend groot. Aga Djan verliest de controle. 
Zodra Ahmad afgestudeerd is, wordt hij door Aga Djan benoemd tot imam van de moskee. Maar Aga Djans hooggespannen verwachtingen van hem komen niet uit. Ahmad raakt verslaafd aan opium en vrouwen. Alle coaching van Aga Djan - hij laat Ahmad onder andere trouwen met een achttienjarig meisje - helpt niets. Ahmad loopt in een val van de geheime politie: hij wordt gefotografeerd in een opiumkit met ongesluierde vrouwen. Het maakt hem in hoge mate chantabel. Om geheimhouding te verkrijgen belooft hij als informant van de geheime politie op te treden. 
Het bewind van de sjah wankelt. Khomeini vliegt vanuit Irak naar Parijs en kondigt daar aan dat hij in Iran een Islamitische Revolutie zal gaan leiden. In het linkse verzet ontstaat een scheuring: een deel, waaronder Shahbal, steunt Khomeini om zo de sjah te verdrijven; een ander deel verwacht niets van Khomeini. Als kort daarna de sjah vlucht en Khomeini in Iran arriveert om de macht over te nemen, staan Shahbal en Nosrat op het vliegveld. Maar Shahbal heeft op het verkeerde paard gewed. 
Zodra Khomeini in het zadel zit, is de repressie genadeloos. In razend tempo voltrekt zich de 'ontmodernisering'. Bioscopen worden verwoest of dichtgetimmerd. Zinat krijgt de leiding van een zedencomité dat vrouwen oppakt die nog Westers gekleed gaan. Galgal is Khomeini's vertrouweling en wordt door hem benoemd tot 'rechter van Allah'. In feite krijgt hij daarmee een blanco volmacht. Die gebruikt hij om talloze zogenaamde aanhangers van de sjah zonder vorm van proces te executeren. Ahmad komt er met een gevangenisstraf en een publieke vernedering nog genadig van af. Maar Djawad, de enige zoon van Aga Djan, wordt doodgeschoten. Samen met Shahbal onderneemt Aga Djan een nachtelijke zoektocht om ergens een plek te vinden waar hij zijn 'ongelovige' zoon mag begraven. Het blijkt vrijwel onmogelijk: pas in het derde dorp is er uiteindelijk iemand die hem helpen wil. 
Na de sjah-aanhang is het linkse verzet aan de beurt om uitgeroeid te worden. Shahbal sluit zich aan bij de 'moedjahedien' die zich gewapend tegen Khomeini keren. Hij moet permanent onderduiken en ontkomt telkens aan arrestatie, hoewel hij actief betrokken is bij het liquideren van radicale ayatollahs. 
Intussen speelt Nosrat een heel aparte rol in de kring rond Khomeini. Op een handige manier weet hij diens interesse te wekken voor de Perzische film. Zo hoopt Nosrat onder het nieuwe bewind succes te kunnen boeken als filmmaker. Hij krijgt een vertrouwenspositie maar gaat in de fout als hij op verzoek van CNN in het geheim opnamen maakt van het privéleven van Khomeini en diens vrouw. Zijn contact met CNN lekt uit: exit Nosrat. 
Jaren gaan voorbij. De massale executies zijn achter de rug. De oorlog tussen Irak en Iran is afgelopen. De dementerende Khomeini heeft de macht overgedragen aan een gematigder bestuur. Na Khomeini's dood zijn z'n radicaalste aanhangers begrijpelijkerwijs beducht voor wraakoefeningen. Zinat wordt vermoord gevonden aan de oever van een zoutmeer. Galgal vlucht naar Afghanistan om zich aan te sluiten bij de Taliban. Maar door informatie die het linkse verzet vanuit Moskou krijgt, weet Shahbal zijn verblijfplaats in Kabul te achterhalen. Hij gaat erheen, schiet hem dood en wijkt dan zelf uit naar het buitenland. 
In die rustige(r) periode gaat Aga Djan met Fagri Sadat in zijn oude Fordje nog een keer naar Djirja, het dorp van zijn voorgeslacht. Daar ontmoet hij kasteelheer Hoeshan, die destijds het lijk van Djawad van hem heeft overgenomen om het te begraven. Nu kan hij Aga Djan het graf laten zien: een idyllisch plekje onder bloesemende bomen. Het is een illustratie van Hoeshans ideaal om de hele dorre vallei bij Djirja te herscheppen in een hof van Eden. 
Terug in Senedjan ontvangt Aga Djan een brief van Shahbal, geschreven in het Perzisch, verstuurd vanuit Nederland. 'Ik heb ons huis verlaten, maar ik heb het nooit de rug toegekeerd', schrijft hij (blz. 408). 'Ik heb mijn schrijftaal veranderd, maar ik heb altijd getracht om de poëtische geest van onze mooie oude taal een plek te geven in mijn verhalen' (blz. 409). 



Keuzeopdracht: Autobiografisch of niet?

Ten eerste wil ik zeggen dat ik voor deze keuzeopdracht heb gekozen omdat dit goed aansluit met dit boek. Het is namelijk inderdaad soms niet duidelijk of dit een autobiografisch boek is of niet.

Kader Abdolah is zelf in Iran opgegroeid, hij is in 1988 pas naar Nederland verhuisd. Het is in mijn ogen bijzonder knap om als Iranees een Nederlandse schrijver te worden, maar dit terzijde.
Het is niet zo dat het verhaal dat 'Het huis van de moskee' verteld, direct komt uit het leven van Abdolah, maar ik denk dat we wel mogen aannemen dat hij geïnspireerd is door zijn eigen leven, Een groot deel van zijn leven heeft hij namelijk nog in Irak doorgebracht.
In het boek gaat het natuurlijk om het verhaal van Aga Djan, maar ook de (inter)nationale conflicten van Iran spelen een grote rol in het boek. Deze gebeurtenissen kunnen zeker met inspiratie van zijn eigen leven bedacht zijn, hoewel we dit natuurlijk nooit zeker kunnen weten. Er wordt ook veel verteld over omstandigheden in Iran, hoe de regering reageert op bepaalde gebeurtenissen, over de Taliban enzovoort. Je krijgt door het boek heen een beeld van Irak, en ik denk dat dit beeld, dat de lezer creëert, grotendeels overeenkomt met het beeld van Kader Abdolah zelf. Dit beeld van Irak is misschien wel de belangrijkste les die je uit zijn boeken kan halen (niet alleen dit boek gaat over Iran). En dit beeld dat je uit zijn boeken haalt, zal zeker voortkomen uit zijn eigen beleving.

Of dit boek nu een autobiografie is? Tja, het is niet een eigen levensverhaal, maar Abdolah heeft ongemerkt toch heel wat elementen uit zijn eigen ervaringen in dit boek verwerkt, dus in dat opzicht kan het eventueel autobiografische elementen bevatten. Een echte autobiografie is het echter niet.






zaterdag 1 november 2014

Verwerkingsopdracht Karel ende Elegast

Elegast wilde eigenlijk het beste voor iedereen. Terwijl hij dit zo op het belastingkantoor aan zijn bureau zat te overpeinzen, bedacht hij een plan. Hij wou proberen zijn directeur geld afhandig te maken - deze kon namelijk wel wat missen. Maar Elegast wilde niet zomaar zijn villa binnenstormen, pistool in zijn rechter-, weekendtas voor het geld in zijn linkerhand. Nee, hij zou het anders aanpakken. De volgende zaterdagmiddag kwam hij aan in Wassenaar in een busje van de ongediertebestrijding. Afgelopen week had hij zijn baas, dhr. Waals, goed in de gaten gehouden, en hij had opgevangen dat Waals een pesticidenbedrijf had gevraagd om die zaterdag zijn huis van ratten vrij te maken. Hierop had hij direct spullen verzameld, waaronder een compleet busje van de ongediertebestrijding, en was hij naar het huis van zijn baas gereden. Vermomd met een gasmasker belde hij aan bij de intercom aan het hek, en hij werd direct opgedragen op zolder te beginnen. Dit kwam goed uit, want hier stond ook de kluis waar Waals zijn contante geld bewaarde - en dit was niet mis. Met de spullen uit zijn busje, waar hij heimelijk ook wat inbraakgereedschap had ingepropt, brak hij de kluis open en stopte het snel in een koffer. Zenuwachtig vertelde hij Waals dat de klus geklaard was en hij liep haastig weg. Ongelovig dat het hem gelukt was, reed Elegast weg en dumpte zijn busje op een afgelegen plek, waar hij zijn eigen auto had geparkeerd. Het was gelukt.
De weken die daarop volgden, deelde Elegast het gestolen geld als belastingteruggave uit aan zijn collega's, die vol vreugde zich afvroegen hoe het nou mogelijk was dat de beslastingteruggave een veelvoud was van vorig jaar. Elegast was tevreden, maar liet niet weten dat hij hierachter zat, zodat hij later nog eens zo'n geweldige actie zou kunnen uitvoeren!